De Opkomst van een Nieuw Boegbeeld
Bij de nieuwe peilingen van Maurice de Hond stijgt FVD opnieuw naar maar liefst 10 zetels. Geen ruis, geen toeval – een trend die zich de afgelopen maanden gestaag heeft opgebouwd. Waar velen dachten dat FVD uitgespeeld was na de stormen van eerdere jaren, blijkt het tegendeel waar: het fundament staat, en het geluid vindt opnieuw weerklank.
In een eerdere column suggereerde ik dat Lidewij misschien te jong was als boegbeeld. Dat zij nog niet het gewicht had om de kar nationaal te trekken.
Ik zat ernaast.
Want wie oprecht kijkt, ziet daar een talent dat razendsnel gegroeid is. Retorisch sterk, inhoudelijk scherp, en – misschien wel het belangrijkste – niet bang om op het scherp van de snede te spreken, ook wanneer anderen zich verschuilen achter veilige woorden en sociaal wenselijke pose.
Ze spreekt tot een generatie die zich niet meer vertegenwoordigd voelt door de bestaande structuren. Jongeren die inzagen dat hun toekomst niet vanzelfsprekend is. Jongeren die niet knikken omdat het hoort, maar kiezen omdat het moet.
En nu?
Nu begint er iets te verschuiven.
Als deze trend doorzet, wordt FVD bij de volgende verkiezingen geen randspeler meer, maar een serieuze kracht in het politieke middenveld.
Niet omdat de wind ineens meezit,
maar omdat de realiteit steeds harder binnenkomt.
De vraag is dus niet óf deze ontwikkeling doorzet,
maar hoe de gevestigde orde daarop reageert.
Wordt men zenuwachtig?
Gaat men framen?
Of komt men eindelijk weer in debat op inhoud?
Eén ding staat vast:
De toekomst is niet afgeschreven.
En soms komt verandering van precies die hoek waar men haar het minst verwacht.
Reacties
No comments yet.